Weeklacht der kloten
De eerste keer, deed toch zo zeer. Zij huilde van de pijn, De tweede keer, zo zeer niet meer, Ze hield haar traantjes bij. De derde keer, in 't geheel niet meer, Ze vond het al wat fijn. De vierde keer, ik kon niet meer, Mijn kloten deden zeer! Amai, mijn kloten, amai, mijn kloten, Mijn arme kloten, waar ik zoveel van hou.